• Gratis en vrijblijvende proefles
  • Hoog slagingspercentage
  • Persoonlijk lesplan
  • Altijd een lespakket op maat
logo
google-logo

“Wat een toprijschool! Ben in één keer geslaagd...”

★★★★★  | 5/5 | Bekijk alle reviews.

Bel on

Bel ons:

Reviews: ★★★★★ 5/5

Algemene voorwaarden

Algemene voorwaarden | Autorijschool Veenstra

ALGEMEEN

  1. Deze Algemene Voorwaarden maken deel uit van alle overeenkomsten, gesloten tussen verkeersscholen welke rijles geven voor Autorijschool Veenstra en hun leerlingen.
    In de lesovereenkomst wordt nadere invulling gegeven aan hetgeen de verkeersschool en leerling overeenkomen.
  2. Hierin wordt een keuze gemaakt voor een standaard praktijkopleiding en/of een praktijkpakketopleiding. De Algemene lesvoorwaarden maken onderdeel uit van de lesovereenkomst. De lesovereenkomst zal schriftelijk worden aangegaan.

Artikel 1 – Verplichtingen verkeersschool

De verkeersschool is verplicht er zorg voor te dragen:

  1. dat les wordt gegeven door instructeurs, die voldoen aan de bepalingen van de Wet Rij-onderricht Motorrijtuigen (WRM);
  2. dat de leerling zo veel mogelijk rijonderricht ontvangt van dezelfde instructeur;
  3. dat hij de leerling periodiek en in ieder geval eens per vijf lessen informatie geeft over de progressie van de leerling en de voortgang in relatie tot de exameneisen;
  4. dat de aanvraag voor het onderzoek naar de rijvaardigheid (verder: het onderzoek) door de verkeersschool – onder voldoening van de daarvoor geldende bedragen en onder overlegging van de benodigde bescheiden – daadwerkelijk is ingediend bij, of in het aanvraagbestand is ingevoerd van, de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) of het Bureau Nader Onderzoek Rijvaardigheid (BNOR), uiterlijk twee weken na de datum waarop in overleg met de leerling is besloten dat het onderzoek naar de rijvaardigheid kan worden aangevraagd en waarop de leerling de kosten van het onderzoek aan de verkeersschool heeft voldaan;
  5. dat de leerling, die via de verkeersschool het onderzoek heeft aangevraagd, op de datum en tijd waarvoor hij/zij is opgeroepen door het CBR of het BNOR tot het afleggen van een onderzoek de beschikking heeft over hetzelfde lesvoertuig als waarin hij de rijlessen heeft ontvangen, dan wel tenminste over een lesvoertuig van hetzelfde of gelijkwaardige type;
  6. dat de tijdsduur van de te geven rijles, zoals overeengekomen in de lesovereenkomst, volledig wordt benut voor het geven van rijles;
  7. de leerling te wijzen op het feit dat eventuele medische klachten, waarvan hij/zij redelijkerwijs kan verwachten dat deze van invloed kunnen zijn op de bevoegdheid een motorvoertuig te besturen, van invloed kunnen zijn op de aanvraag en het doen van een onderzoek;
  8. de leerling te wijzen op het feit dat op grond van de verblijfsstatus wordt bepaald of een rijbewijs kan worden afgegeven;
  9. de leerling te wijzen op het feit dat, zodra er sprake is van een ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen, hij aan de verkeersschool hiervan melding moet maken.

Artikel 2 – Verplichtingen leerling
De leerling is verplicht:

  1. zich te houden aan de door de verkeersschool per e-mail vastgelegde afgesproken datum, tijd en plaats voor de rijles (door de verkeersschool wordt een wachttijd van 15 minuten in acht genomen) en bij niet verschijnen op het afgesproken lesuur zonder tijdige afzegging, de volledige lesprijs te voldoen;
  2. de volledige lesprijs te voldoen indien de rijles wordt afgezegd binnen 24 uur voor de afgesproken tijd. Zaterdagen, zondagen alsmede erkende feestdagen worden niet meegerekend in deze 24 uur. Afzegging dient te gebeuren bij de instructeur van de verkeersschool. Een te laat afgezegde les wordt niet in rekening gebracht bij afzeggen vanwege een dringende reden waaronder wordt verstaan een ernstig ongeval, ernstige ziekte of overlijden van de leerling, alsmede een ernstig ongeval, ernstige ziekte van familie in de 1e en 2e graad of overlijden van een familielid in de 1e en 2e graad. Huisgenoten welke volgens het bevolkingsregister staan ingeschreven op hetzelfde adres als de leerling worden gelijk gesteld met familieleden in de 1e en 2e graad;
  3. het theoriecertificaat z.s.m. behaald te hebben, zodat de verkeersschool een onderzoek naar de rijvaardigheid (tussentijdse toets, rijexamen) in kan plannen bij CBR;
  4. alle aanwijzingen van de rij-instructeur tijdens de rijlessen op te volgen;
  5. het met de verkeersschool overeengekomen lesschema, zoals bijvoorbeeld de aan te leren lesonderdelen en het aantal te volgen rijlessen per week, tot aan de datum van ieder onderzoek, na te komen. Het minimum aantal te volgen lessen zijn 2 lessen van 50 minuten per week;
  6. bij een onderzoek naar de rijvaardigheid (tussentijdse toets, rijexamen en Nader Onderzoek) een geldig legitimatiebewijs en indien vereist een geldig theoriecertificaat (of geldig vervangend document) te overleggen;
  7. eventuele medische klachten, waarvan hij/zij redelijkerwijs kan verwachten dat deze van invloed kunnen zijn op de bevoegdheid een motorvoertuig te besturen, tijdig af te stemmen met het examenbureau voordat de rijopleiding wordt aangevangen. Indien de leerling nalaat dit te doen en de rijopleiding daardoor moet worden onderbroken of afgebroken, kan de verkeersschool hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld;
  8. de verkeersschool met DigiD te machtigen, zodat de verkeersschool het examen kan aanvragen. De verkeersschool kan er niet voor aansprakelijk worden gesteld indien de leerling de machtiging achterwege laat;
  9. te melden indien sprake is van ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen. Indien de leerling nalaat dit te vermelden, kan de verkeersschool niet aansprakelijk worden gesteld;
  10. te melden indien sprake is van ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen. Indien de leerling nalaat dit te vermelden, kan de verkeersschool niet aansprakelijk worden gesteld;

het minimum aantal lessen te nemen wat de instructeur van de verkeersschool adviseert. Bij verzuim hiervan, wordt het eventuele 1e herexamen garantie niet gegeven.
Dit betekend dat er meer rijlessen kunnen worden afgenomen dan ingekocht zijn in een lespakket.

Artikel 3 – Betaling

  1. Schriftelijk wordt overeengekomen, hoe betaling van het lesgeld wordt voldaan.
  2. De verkeersschool is gerechtigd tijdens de duur van de lesovereenkomst de lesprijs te verhogen. Dit geldt niet indien sprake is van een pakketprijs, met uitzondering van een door de minister tussentijds vastgestelde verhoging van examengelden. De leerling heeft in dat geval het recht om de lesovereenkomst schriftelijk te ontbinden, van welke bevoegdheid hij gebruik kan maken tot twee weken na kennisneming van de prijsverhoging.
  3. De verkeersschool mag een redelijk bedrag aan inschrijvingsgeld / administratiekosten in rekening brengen. De leerling moet dit voor het begin van de eerste les betalen.
  4. Indien een factuur niet wordt voldaan voor de eerst volgende rijles, dan ontvangt de leerling 14 dagen na de achterstand een 1e herinneringsfactuur. Indien de leerling 7 dagen na de 1e herinneringsfactuur nog niet heeft betaald, ontvangt de leerling een 2e herinneringsfactuur.

 

  1. Indien leerling 7 dagen na de termijn genoemd in het vorige lid nog niet heeft voldaan, dan ontvangt de leerling een 1e incassofactuur. Indien de leerling 7 dagen na de 1e aanmaningsfactuur nog niet heeft betaald, ontvangt de leerling een 2e aanmaningsfactuur.
  2. Indien de leerling in verzuim blijft het verschuldigde bedrag te betalen, is de verkeersschool gerechtigd tot opzegging van de overeenkomst over te gaan wanneer de leerling schriftelijk in gebreke is gesteld en in verzuim is door verloop van de bij ingebrekestelling gestelde termijn. Deze termijn dient een redelijke termijn te zijn. De verkeersschool dient de leerling van de opzegging schriftelijk in kennis te stellen. Als er een bedrag verschuldigd is van gereden rijlessen dan kan de verkeersschool de vordering ter incasso uit handen geven aan een derde. Alsdan is de verkeersschool gerechtigd het verschuldigd bedrag met incassokosten te verhogen. Deze incassokosten omvatten zowel de gerechtelijke als de buitengerechtelijke kosten. Buitengerechtelijke kosten zijn alle kosten die aan de verkeersschool in rekening worden gebracht door advocaten, procureurs, deurwaarders en ieder ander van wie de verkeersschool zich bedient voor de invordering van het verschuldigde bedrag. De buitengerechtelijke kosten worden vastgesteld op ten minste 15% van het verschuldigde bedrag, tenzij de leerling aannemelijk maakt dat de verkeersschool minder schade lijdt.

Artikel 4 – Aanvraag onderzoek naar de rijvaardigheid (tussentijdse toets of praktijkexamen), verder te noemen: het onderzoek

  1. Voor de kosten van de aanvraag van het onderzoek ontvangt de leerling een factuur zodra deze is aangevraagd bij het CBR.
  2. 14 dagen na de datum van machtiging van de lesovereenkomst middels DigiD en betaling van de aanvraag van het onderzoek heeft de leerling recht op inzage in zijn/haar gegevens in het aanvraagbestand van de verkeersschool waaruit blijkt dat zijn/haar aanvraag van het onderzoek bij het CBR of het BNOR is ingediend.
  3. Indien het onderzoek geen doorgang vindt omdat de leerling niet of te laat op het onderzoek verschijnt en dit niet te wijten is aan de verkeersschool, of omdat de leerling geen vereiste, geldige documenten kan tonen, dan zijn de kosten voor aanvraag van een nieuw onderzoek voor rekening van de leerling.
  4. Indien het onderzoek geen doorgang vindt wegens vakantie van de leerling en de vakantieperiode bij de aanvraag van het onderzoek aan de verkeersschool is opgegeven dan zijn de kosten voor de aanvraag van een nieuw onderzoek voor rekening van de verkeersschool.
  5. De verkeersschool is na mondelinge of schriftelijke aankondiging gerechtigd tussentijdse prijswijzigingen van het theorie- en praktijkgedeelte van het onderzoek door te berekenen en is verplicht op verzoek van de leerling een schriftelijke specificatie van die prijswijziging te geven. Dit geldt niet indien sprake is van een pakketprijs, met uitzondering van een door de minister tussentijdse vastgestelde verhoging van examengelden.

Artikel 5 – Onderzoek naar de rijvaardigheid

  1. Indien het CBR of het BNOR het onderzoek wegens slechte weersomstandigheden op de afgesproken tijd geen doorgang laat vinden, dan kan de verkeersschool de leerling het lesgeld van 1 rijles in rekening brengen voor het opnieuw vastgesteld onderzoek.
  2. Indien de leerling het onderzoek niet kan aanvangen of voltooien als gevolg van het feit dat:
    a. sprake is van een dringende reden zoals vermeld in artikel 2 lid 2;
    b. het lesvoertuig, waarmee het onderzoek dient te worden afgelegd niet ter beschikking is en geen lesvoertuig van hetzelfde of gelijkwaardig type ter beschikking is;
    c. het lesvoertuig, waarmee het onderzoek dient te worden afgelegd, door de examinator van het CBR of de deskundige van het BNOR wordt afgekeurd en geen vervangend lesvoertuig van hetzelfde of gelijkwaardig type beschikbaar is; zal de verkeersschool ervoor zorgen dat voor de leerling een nieuw onderzoek wordt aangevraagd, indien de leerling dit wenst. De verkeersschool staat ervoor in dat het aanvragen van het onderzoek alsdan geschiedt zonder kosten voor de leerling.

Artikel 6 – Beëindiging van de lesovereenkomst

  1. Indien de lesovereenkomst niet is aangegaan voor een vast aantal lessen dan wel niet is aangegaan voor een vaste periode kan de lesovereenkomst door zowel de leerling als de verkeersschool worden opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van één maand en wel tegen de eerste dag van een kalendermaand. Indien er sprake is van een reeds vooruitbetaald bedrag heeft de leerling in dit geval recht op restitutie van een eventueel vooruitbetaald bedrag, onder aftrek van het reeds aan CBR of BNOR betaalde examengeld, reeds genoten rijlessen alsmede administratiekosten. De leerling is niet verplicht gedurende deze opzegtermijn lessen te volgen, mits is voldaan aan het gestelde in artikel 2 lid 2.
  2. Indien de lesovereenkomst is aangegaan voor een vast aantal lessen of voor een vast overeengekomen periode (bv. een pakketopleiding), kan de leerling de lesovereenkomst slechts beëindigen indien er sprake is van dringende redenen zoals vermeld in artikel 2 lid 2. Bij beëindiging om dringende redenen is de leerling gehouden de prijs voor de reeds genoten lessen vermeerderd met de prijs van 1 lesuur, alsmede de administratiekosten, alsmede het door de verkeersschool al afgedragen examengeld (CBR- of BNOR gedeelte) te vergoeden. Indien er sprake is van een reeds vooruitbetaald bedrag heeft de leerling in dit geval recht op restitutie van een eventueel vooruitbetaald bedrag, onder aftrek van het reeds aan CBR of BNOR betaalde examengeld, reeds genoten rijlessen, een vergoeding van de prijs van 1 lesuur alsmede administratiekosten.
  3. De verkeersschool kan de lesovereenkomst, aangegaan voor een vast aantal lessen dan wel voor een vaste periode, slechts beëindigen om dusdanig dringende redenen, dat van de verkeersschool redelijkerwijs niet verwacht kan worden deze te continueren, onder de terugbetaling aan de leerling van die (les)gelden, waarvoor de verkeersschool nog niet heeft gepresteerd.
  4. Bij beëindiging van de lesovereenkomst heeft de leerling in alle gevallen recht op restitutie van aan de verkeersschool betaalde examengelden ter hoogte van het door het CBR of het BNOR vastgestelde tarief, voor zover de verkeersschool deze gelden nog niet heeft afgedragen aan het CBR of het BNOR.

Artikel 8 – Vrijwaring

  1. De verkeersschool vrijwaart de leerling voor kosten voortvloeiende uit overtredingen die deze onder toezicht heeft gepleegd, alsmede voor aanspraken van derden als gevolg van botsing, aan- of overrijdingen tijdens de rijles alsmede tijdens het onderzoek, met uitzondering van die voorvallen die het gevolg zijn van opzet en/of grove schuld van de leerling, alsmede bij het gebruik door de leerling van alcohol, verdovende middelen of geneesmiddelen die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden.
  2. Indien de leerling, ondanks zijn/haar verklaring, dat hem/haar bij rechterlijke uitspraak niet de bevoegdheid is ontzegd motorvoertuigen te besturen noch zijn/haar rijbewijs is ingevorderd, toch rijles neemt en indien de opgave onjuist is, vrijwaart de leerling de verkeersschool volledig en zal eventueel terzake de opgelegde boetes geheel vergoeden, alsmede alle andere financiële consequenties geheel overnemen.

Artikel 9 – Persoonsgegevens

De persoonsgegevens van de leerling die worden vermeld op de lesovereenkomst worden door de verkeersschool verwerkt, mogelijk in de zin van de Algemene verordening gegevensbescherming (Avg). Aan de hand van deze verwerking kan de verkeersschool: de overeenkomst uitvoeren, leerling een optimale service verlenen en verplichtingen jegens de leerling nakomen, hem tijdig voorzien van actuele rijles-informatie en hem gepersonaliseerde aanbiedingen doen. Daarnaast kunnen de persoonsgegevens beschikbaar gesteld worden aan derden ten behoeve van direct marketingactiviteiten. Tegen verwerkingen van persoonsgegevens in de zin van de Avg ten behoeve van direct mailing activiteiten wordt het eventueel door leerling bij verkeersschool aan te tekenen verzet gehonoreerd.

Call Now Button